Theo Volkers
Ik heb het oude kweekschoollied nog trachten op te roepen. Ik kom tot het volgende couplet. Volgens mij bestond het echter uit 2 coupletten. Het kan zijn dat ik de 2 door elkaar heb gehaald. Misschien kan iemand het aanvullen cq verbeteren.
Het kweekschoollied
Wij allen zijn de uilen
van het kweekschooluilennest
dat stevig op drie zuilen
voor het leven is gevest.
Wat ons bindt dat is ons streven
eens de vleugels uit te slaan
die nu nog zijn gebonden
aan de kweekschool
aan de kweekschool
die nimmer zal vergaan.
Herinneringen aan de Pedac (Opleidingscentrum voor onderwijsbevoegdheden) 1966-1971
Mijnheer Elling, die toen al
uitgebreid les gaf over differentiatie met diverse werkjes: poezen, beren, etc.
Exact weet ik het niet meer. Maar alles werd gedicteerd en wij schreven die
‘ellinglange’ stukken trouw op.
Juffrouw (van
de?) Boogerd, die na invoering van het 3 lettersysteem (A was goed, B was
voldoende en C was onvoldoende) het wist te presteren om een A/B+-- te geven.
Mijnheer Velthuis, die het stropdasloze tijdperk inluidde. Dhr. Möller stond erop dat elke man een colbert en stropdas droeg. Maar toen dhr. Velthuis in coltrui op school kwam, kon hij dit niet meer handhaven. Tot Möllers verdriet.
Weet je nog:
nasi eten bij Velthuis thuis aan de Polderweg, met z’n allen zittend op de
grond, de nasi was best een beetje heet.
Juffrouw de
Geus, die tijdens de eerste lessen het rumoer rustig duldde. Elke les daarna
begon zij met een overhoring over de vorige les. Slechts een enkeling had haar
zachte stemgeluid verstaan en de onvoldoendes waren niet aan te slepen. Dat
leerde snel.
Juffrouw de Geus kwam uit Koedijk. Rinus en ik stonden nog wel eens te liften in ’t Zand en het kwam regelmatig voor dat we van juf de Geus een lift kregen. Volgens mij eerst in een Dafje en later in een Rover. Een enkele keer ook van juf Dekker, in haar Mini, die uit Den Haag kwam.
Juf Dekker,
die complete toneelstukken in haar eentje voordroeg. Zij speelde alle rollen,
net zo gemakkelijk. En alles op stencil. Femke zal wat gedraaid hebben.
Bij juf
Peters moesten we de eerste les een stukje tekst lezen. Zij noteerde dan welke
logopedische hulp noodzakelijk was. Ik weet nog dat ik enorm m’n best had
gedaan en dacht dat het wel redelijk was gegaan. Juf Peters glimlachte en was
blij dat ze voorlopig nog niet werkeloos zou zijn.
Ik ben ook eens naar ’t Zand gebracht door mijnheer Dral. Toen hij bij de vlotbrug stopte, kwam hij erachter dat de handrem er nog op stond. Hij trok al zo slecht…..
Mijnheer Dral,
die problemen kreeg, toen hij alles in een leerplan moest beschrijven (een jaar
van te voren graag). Hij was de man, die leefde bij ingevingen, plotselinge ideeën.
’s Nachts iets bedenken en de volgende dag met enorm enthousiasme uitvoeren.
We gingen met
school naar Amsterdam. Het Stedelijk Museum werd bezocht. Door de hoofdingang
gingen we allemaal naar binnen en door de zij-ingangen verdwenen we weer even
snel. ’s Avonds bezochten we toen de Gijsbrecht in de Stadsschouwburg. Terug
zou de bus over ’t Zand rijden, was beloofd, maar dat ging anders. Stond ik
rond een uur of
Jos Brink
trad op 14 november 1969 op bij ons in de aula. Ik dacht dat Roy Hessing hierbij
had bemiddeld. Een prachtige avond.
Een
hardloopwedstrijd door Den Helder, georganiseerd door gym Meijer. Niet iedereen
deed mee, maar wij dachten een bakfiets te huren om zo onze favorieten van water
te kunnen voorzien. De aanstaande onderwijzers hadden echter niet door dat je
met een bakfiets hardlopers niet kunt bijhouden…….
Koorzang o.l.v. dhr. Buijn: “Dir Seele des Weltalls o Sonne” en “Heilig, heilig, heilig”, met als tussendoortje “Alles heeft een einde, alles heeft een einde, maar een worstje heeft er twee”. ’t Was lastig om de orde te handhaven……
Ken je dat vreselijke rode boek van treffen nog??
Uiteindelijk
mochten/moesten we optreden in de stadsschouwburg de Kampanje met het Helders
Kamerorkest (denk ik). De recensies waren niet zo lovend.
Mijnheer
Gjaltema, die wij maar heel even meemaakten. Ook hij dicteerde hele boeken.
“Je moet dieben hebben om dieben te vangen, jong”. Bij z’n afscheid kreeg
hij een fiets.
Een
tekenleraar, niet mijnheer Dral, een beetje Italiaans type. Irene kent zijn naam
nog wel, denk ik. Hij had ook wel wat moeite om de orde te bewaren. Kneedgom
plakte overal aan, zelfs aan het plafond.
En dan de
goede mijnheer Bakker. Een beste kerel, maar wat had hij het soms moeilijk. Ik
ben hem later nog wel tegengekomen als stagebegeleider. En dan dacht je “Ach
moet jij het ze nu leren …..”.
Ik heb op de Pedac een mooie tijd gehad en ook daarna was het niet vervelend. Ik ben samen met Rinus direct aan het werk gegaan op mijn eigen lagere school in ’t Zand. De militaire dienst hing echter in de lucht, maar toen er een leerkracht naar een andere school ging, kon ik blijven: ik werd onmisbaar verklaard en moest minimaal 5 jaar op de school blijven werken. Dat werden er bijna 39….. Bij de start van de basisschool in 1985 werd ik adjunct en in 1995 volgde ik de directeur op, die met FPU ging. Ik had zelf nog bij hem in de klas gezeten.
Sinds een
maand ben ik nu van baan veranderd en directeur geworden op een kleine
dorpsschool in Burgerbrug.
Het lijkt me ontzettend leuk om de ouwe hap weer eens bij elkaar te zien in Lands End. Misschien worden we, net als vroeger, er wel uitgezet…..