Speciale presentatie voor de Maand van de Geschiedenis 2023, in oktober

Het thema is: Eureka. Het motto 'Ontdek gisteren, begrijp vandaag'

Ik heb speciaal voor deze maand een presentatie beschikbaar: Van Stoommachine tot Klimaatverandering.

 

De geschiedenis van de industrie zit vol Eureka momenten. We nemen als voorbeeld het gidsland van de Industriële Revolutie: Engeland.

De Engelse huisindustrie draait rond 1760 voornamelijk op spierkracht. Het belangrijkste product was gesponnen garen en soms geweven stoffen. Met de komst van Richard Arkwrights Waterframe (1769) begint de mechanisering van het spinnen, al snel gevolgd door de mechanisering van weven, door Edmund Cartwright (in 1785). Die eerste fabrieken werken op waterkracht. Maar dat zou niet lang duren.

De Engelsman Thomas Newcomen bouwde in Cornwall de eerste stoommachine. We weten zeker dat die in 1712 werkte. Dat hij juist daar gebouwd werd had een reden, namelijk het droog houden van de koper- en tinmijnen. Er was behoefte aan een sterke krachtbron, op plaatsen waar wind- en waterkracht niet voldeden. Bovendien was de kennis aanwezig.

James Watt verbeterde de machine van Newcomen in 1769. 
In 1784 ontwikkelde hij een dubbelwerkende stoommachine die een draaiende beweging kon leveren. 

Dat zou de wereld veranderen. Het werd nu mogelijk om niet alleen aan riviertjes, maar overal in het land fabrieken te bouwen. De Engelse huisindustrie, toen rond 1760 al de grootste ter wereld was, groeide in 60 jaar tijd onder het fabriekssysteem uit tot steden die vol met textielfabrieken stonden. De stad Manchester werd Cottonopolis, ofwel de hoofdstad van de op katoen gebaseerde textielindustrie.

De stoommachine maakte een ongebreidelde groei van de industrie mogelijk. Door al die productie was er vervoer nodig. Aanvoer van steenkool en katoen, afvoer van de kant en klare producten. Na 1800 verschenen de eerste stoomlocomotieven op ijzeren rails en werden ook de eerste schepen van een stoommachine voorzien.

Thomas Newcomen en James Watt hadden hun Eureka momenten, maar ook de uitvinder van de door water aangedreven spinmachine en de bouwer van de eerste weefmachine hadden hun Eureka moment. En er zouden er nog meer volgen.

Na het ontstaan van de textiel industrie waagde men zich ook aan producten die ingewikkelder zijn om te maken. Denk aan serviesgoed, katrollen, klokken en geweren. Door arbeidsdeling, de uitwisselbaarheid van onderdelen en het gebruik van machines (waar de handigheid al is ingebouwd) werd het mogelijk om niet getrainde mensen, zoals bijvoorbeeld de plattelandsbevolking, in te zetten om producten te fabriceren. Dit leidde tot massaproductie.

Voor al die stoommachines, fabrieksmachines, locomotieven, rails, spoorbruggen en later zelfs schepen was staal nodig. Staal maken is een proces waarbij heel veel hitte nodig is. Vanaf 1706 ontstond in Engeland de hoogoven die cokes gebruikte om het ijzererts te verhitten. Maar die cokes is uitgegloeide steenkool waarbij o.a. gas ontstaat. Al met al werd de staalindustrie een grootverbruiker van steenkool.

Na de Engelse Industriële Revolutie volgde vrij snel die in de Verenigde Staten. 50 jaar na Engeland volgde België en nog eens 50 jaar later Nederland.
In ons land week de Industriële Revolutie trouwens flink af van andere landen. Dat had een oorzaak.

De beslist niet zuinige stoommachines gebruikten veel brandstof. Dat was bijna uitsluitend steenkool, een fossiele brandstof.
Voor stoomschepen werd pas in de 20e eeuw stookolie gebruikt en vanaf 1896 reden de eerste auto's op benzine en later op diesel. Ook dat zijn fossiele brandstoffen. In beide gevallen is in miljoenen jaren organisch materiaal omgezet in een brandstof. Bij steenkool zijn dat plantenresten en bij aardolie organische resten die ooit naar de zeebodem dwarrelden -voornamelijk plankton.

Wat is miljoenen jaren is ontstaan werd in een paar honderd jaar opgestookt. Bij die verbranding komt kooldioxide of CO2 vrij, een broeikas gas, dat de zonnewarmte vasthoudt. Onderzoek toont aan dat het aandeel kooldioxide in de atmosfeer sinds 1750 al 40% is toegenomen.
Ik zag niet zo lang geleden een weerman bijna schaterlachend verkondigen dat de temperatuur ergens in Nederland op 40 graden was uitgekomen. Maar eigenlijk is dat een reden om je grote zorgen te maken.

Hans Walrecht

 

 

 

Ik heb ooit als educatief medewerker voor het NSM werkstukhulpen voor kinderen gemaakt, die met een klik zijn te downloaden:

Van snelkookpan tot stoommachine

Hoe werkt een stoommachine?

Het verhaal van de Industriële Revolutie

Gedurende de Corona lockdown heb ik voor de thuis lerende kinderen 20 onderwerpen beschreven, voorzien van proefjes:

01 Rondom de Vlaanderen

02 Koos, poelies en riemen

03 de stoomketel

04 Hoe werkt de stoommachine?

05 De schoorsteen

06 de condensor van 'de Klop'

07 de Newcomen stoommachine

08 de grote Stork en aardappelzetmeel

09 Stroom uit Stoom

10 de kleine Stork en de boterfabriek

11 de Lichtmachine

12 de regulateur

13 Smeren

14 de Merryweather brandbluspomp

15 Hallo?... Met mij!

16 Scheepmachines op stoom

17 De fatale vlucht van de heiketel

18 De centrifugaalpompen van 'De Vier Noorder Koggen'

19 Toos en Jet

20 de Van Everdingen & Evrard

de cartoons zijn van Martin de Rooij