De komkommer wordt in
het Papiamentu
"kòmkòmber chikí"
genoemd. De
komkommerplant is een
klimplant. Het heeft een
aantal uitsteeksels. De
kleur is lichtgroen. Men
maakt hiervan een
maaltijd klaar, die ook
"kòmkòmber"wordt
genoemd. Dit wordt dan
gestoofd. In het
Papiamentu noemen we
alle gerechten die
gestoofd worden
"stobá". Zo kennen we
gestoofde kip, gestoofd
varkensvlees, gestoofd
geitevlees, gestoofde
leguanenvlees, enz.
Voordat de komkommer
klaar is om gekookt te
worden, moeten alle
uitsteeksels eraf gehaald
worden. Men snijdt de
komkommer dan in
sneetjes. De pitten
worden eruit geknepen.
Hierna is de
komkommer klaar om
gestoofd te worden. Dit
is één van onze typische
Curaçaose gerechten.
Het wordt vaak met de
funchi gegeten. De funchi
wordt gemaakt door
maismeel met water te
koken.
|